{{ showmenu }}

Hybride en industrieel maakt grootschalig bouwen mogelijk

De bouw kampt met grote uitdagingen: projecten worden stilgelegd door de stikstofproblematiek, de grondstof prijzen stijgen, de klimaat- en milieu eisen worden steeds strenger en tegelijkertijd moeten de huizen betaalbaar blijven voor het grote publiek. Volgens Wilco Lubbers, Hoofd Commercie van De Groot Vroomshoop, zit de oplossing in de industrialisering en digitalisering van het bouwproces; een virtueel bouwconcept, prefab in de fabriek geproduceerd met hoge mate van robotisering. Dat voorkomt faalkosten, zorgt voor betere milieuprestaties, kan de productie opschalen en daardoor zorgen voor betaalbare huizen.  

Hoe ziet de bouwwereld er over tien jaar uit?
“In de komende tijd moet er vooral heel veel gebouwd worden. En om die aantallen aan te kunnen, moet er grootschalig gebouwd worden, er zullen hele nieuwe wijken, dorpen en misschien wel steden uit de grond gestampt moeten worden om aan de gevraagde aantallen te voldoen. Maar in de komende 10 jaar gaan we ook steeds meer rekening met de CO2 uitstoot en andere milieu eisen in de bouw, zoals de stikstofuitstoot. Dus zal er meer industrieel, prefab gebouwd moeten worden in de fabriek. Op die manier kun je de schaal vergroten, de faalkosten op de bouw verminderen en de uitstoot verlagen. Het milieuvraagstuk en de schaalgrootte staan niet los van elkaar. Juist die hoeveelheid is ook een goede drive om de innovatie in de bouw te versnellen.”

“Pas het hout toe waar het passend is.”

Welke stappen moeten we daar nu voor zetten? En welke rol speelt hout daarin?

“Je ziet nu al dat corporaties gezamenlijk bouwstromen opzetten om schaalgrootte te ontwikkelen. Dat is een goede ontwikkeling en dat hebben we meer nodig. Om industrieel, prefab te bouwen in fabrieken heb je volume nodig, en zijn die grote bouwstromen belangrijk. Een fabriek heeft een constante productie nodig, het stilvallen van de bouwstroom de ene maand en een dubbel volume in een andere maand is voor een geïndustrialiseerd productieproces niet werkbaar. Doordat corporaties samen orders plaatsen in een tender wordt bouwvolume gecreëerd wat voor prefab leveranciers heel prettig werken is. Je ziet ook steeds meer netwerkgroepen in conceptueel bouwen die dat ook doen.

De grotere bouwstromen komen het prefab bouwen met hout ten goede, omdat de ontwikkelkosten (red. denk hierbij aan innovatie, robotisering, digitalisering) verdeeld kunnen worden over een groter bouwvolume. Wanneer de ontwikkelkosten terug verdiend moeten worden op één bouwwerk, dan worden de kosten per eenheid heel hoog. Door een groter bouwvolume blijven de prijzen per eenheid betaalbaar. Doordat die ontwikkelingen mogelijk zijn, kan de bouw met hout opgeschaald worden, waardoor het aandeel houtbouw kan toenemen.

En tegelijkertijd verwacht ik, als houtbouwer, niet dat de hele markt zal overschakelen naar volledig houtskeletbouw. Dat zal wel een groeiend deel van de markt zijn, maar ik verwacht dat we steeds meer verschillende hybride bouwvormen gaan zien. Bij hybride bouwvormen kun je dan denken aan  een betonnen casco (woningscheidende wanden en begane grondvloeren) met houten elementen, zoals een prefab houten kap, gevel, dak en houten verdiepingsvloeren. Ook de bijgebouwen zoals de garage en bergingen kunnen prima volledig in hout. Bovendien hebben we elkaar nodig om die bouwvolumes aan te kunnen.

Het gaat erom dat we als bouw steeds meer seriematig gaan werken om de volumes aan te kunnen. En dan gaat het over volume om te kunnen versnellen.”

Distelweg Amsterdam ©Kees Hummel Fotografie, De Groot Vroomshoop, Finch Buildings

“Op sommige gebieden presteert houtmodulebouw beter dan vereist. Dus het kan wél.”

Zouden meer partijen in de bouw zich moeten hard maken voor het oplossen van de uitdagingen?

“Er zijn nu veel grote bouwbedrijven die zich hard inzetten om al deze uitdagingen te tackelen. Het zijn juist de grote bouwbedrijven die daarvoor nodig zijn en dat gebeurt nu! Zij kunnen de vooroordelen over hout en andere bouwmethoden weghalen uit de markt. Die grote bouwbedrijven hebben allemaal een houten concept, zijn bezig met digitalisering en prefab bouwen. Het voordeel daarvan is dat de kleine bedrijven daar straks op kunnen meeliften.”

 

Welke vooroordelen zijn er dan allemaal over bouwen met hout?

“Bouwen met hout zou minder solide zijn en duurder. En daarnaast zijn er hardnekkige vooroordelen over hout en brand, en hout en geluid. Het rare is dat we al jaar en dag houtskeletbouw woningen maken, waar alles te testen en te toetsen is. Met houtbouw kun je gewoon voldoen aan alle bouwwetgeving. En veel mensen ervaren wonen in een houten huis als heel comfortabel.  Er wordt zowel in Nederland als in Europa veel met hout gebouwd. We doen het gewoon altijd al.

Wat je ziet is dat bouwen met hout nu bij nieuwe groepen aanslaat. Vooral de hoogte in met hout, met CLT, is in opmars. En omdat het hout zichtbaar wordt toegepast, leven de vooroordelen weer op. Voorheen werd er tot een laag of 3 à 4 met hout gebouwd en nu zie je steeds meer hoogbouw met hout, bijvoorbeeld een gebouw met 18 verdiepingen. Alle nieuwe ontwikkelingen moeten altijd getest worden, dus ook met hout. Hoge gebouwen in hout zijn inmiddels al gebouwd. Vanuit De Groot Vroomshoop hebben wij hier inmiddels ook ervaring mee op gedaan. Wij hebben enkele woongebouwen gerealiseerd in CLT modulebouw, bedoeld voor permanente bewoning. En het mooie is dat we daar op het gebied van geluid beter presteren dan vereist. Dus het kan wél.”

Wat zie jij als belangrijke motivatie om meer in hout te gaan bouwen?

“Omdat de klimaat- en milieu eisen een steeds belangrijkere rol spelen, zie je dat steeds meer partijen er aan toe zijn om met hout te gaan bouwen. Sommige gemeenten leggen het zelfs op, er zijn steeds meer toeleveranciers die goed met hout kunnen bouwen en er worden convenanten afgesloten om het bouwen met hout te versnellen. Tegelijkertijd zie je ook ontwikkelingen van andere materialen, zoals circulair beton en circulaire staalconstructies. Dat is positief, want dat helpt ons allemaal. Het is goed dat de hele bouwketen met het klimaat bezig is en dat we met elkaar zo min mogelijk grondstoffen verbruiken.”

“Denk niet alleen maar in of/of, maar vooral ook in hybride, het en/en.”

Wat is het grootste verschil in het bouwproces tussen houtbouw en traditionele bouw?

“Wat is traditioneel? Een kalkzandsteen casco, waarbij het kozijn in de bouw erop gaat, de gording erin, dakplaten erop? Want er zijn zoveel verschillende hybride bouwvormen in de bouw, ook voor hout, waarbij bijvoorbeeld de kap of gevel inclusief kozijnen prefab worden geplaatst. Wellicht zou de vraag moeten zijn wat het grootste verschil is tussen ‘traditioneel’ en ‘industrieel’ bouwen? Het grootste verschil zit dan in de kennis. Bij traditioneel bouwen zit de kennis op de bouwplaats, terwijl bij industrieel of conceptueel bouwen de kennis aan de voorkant van het bouwproces zit. Bij conceptuele (hout)bouw gaat het over bouwfysica en het klimaat van het bouwwerk; je wil zo weinig mogelijk vocht, het gaat over de manier van bouwen en de materiaal eisen. Dat wordt allemaal uitgedacht, computer gestuurd uitgetekend en dan ingeladen in het productieproces en seriematig in de fabriek gemaakt. En alleen het plaatsen blijft over op de bouwplaats.”

Hoe conservatief is de Nederlandse bouw? En in hoeverre is de nieuwe generatie bouwers bezig met een nieuwe kijk op hoe we bouwen?

“Van origine is de bouw best conservatief. Maar tegelijkertijd zie je een hele groep, jonge, innovatieve bouwers ontstaan die zelf een hele nieuwe kijk op hoe we bouwen, juist aanzwengelen. Denk hierbij aan de grote bouwbedrijven. En deze groep kan echt wel voor vernieuwing in het bouwproces zorgen. Bouwen met hout kan nu niet meer genegeerd worden. Dat conservatieve gaat er wel af in de komende jaren.”

 

Als je één van jouw houtbouwprojecten zou mogen uitlichten, welke is dat dan? En waarom?

“Dan kies ik er toch meerdere!

Voor module hoogbouw is dit project in Enschede een heel mooi voorbeeld. Het gaat om 185 appartementen in het centrum van Enschede. De plint [red, begane grond] wordt op traditionele wijze gebouwd en daar boven op komen 6 lagen volledig in hout gebouwd met modules. Dit is een mooi voorbeeld van hoe hybride bouw er uit kan zien.

Voor grondgebonden woningen is het project de Koolvlinder in Noordscharwoude een mooi voorbeeld. De huizen worden hier volledig in houtskeletbouw gebouwd. Het gaat om  25 rijtjeshuizen en 2-onder-1-kap woningen in dit project.

Een derde voorbeeld is een hybride grondgebonden concept zoals Fijnwonen en Morgenwonen. Het skelet is dan van beton met een prefab houten kap. Wat zo bijzonder is aan deze concepten is de seriematigheid. Het gaat hier om duizenden stuks woningen, waarbij het hele voortraject gedigitaliseerd is en vanuit het digitale model worden de computergestuurde en gerobotiseerde productielijnen geheel automatisch aangestuurd.

Een ander voorbeeld is de warmtepomp. Omdat we van het gas af moeten, komen er steeds meer warmtepompen, maar die maakt in huis nogal wat herrie. Door de warmtepomp in de berging te plaatsen, is er nauwelijks geluidsoverlast. En zo wordt de berging in plaats van een hekkensluiter, ineens een leuke oplossing. Dit project is daar een mooi voorbeeld van.

De belangrijkste boodschap die ik bij projecten heb, is altijd “kies voor de juiste materialen en producten op de juiste plek.” Pas hout toe waar het passend is. Denk niet alleen maar in of/of, maar vooral ook in hybride, het en/en.”

 

Distelweg Amsterdam ©Kees Hummel Fotografie, De Groot Vroomshoop en Finch Buildings

“Bouw dus kennis op. Laat vooral ook een gecertificeerde houtbouwer in het ontwerpstadium meedenken.”

Waar kan iemand die nog nooit gebouwd heeft met hout het beste beginnen als hij/zij dit ziet als een grote uitdaging?

“Verzamel eerst kennis. Als houtsector zien we er tegenop dat onkundige partijen met hout gaan bouwen, waardoor het door gebrek aan kennis mis gaat en hout weer een slechte naam krijgt. Bouw dus kennis op. Laat vooral ook een gecertificeerde houtbouwer in het ontwerpstadium meedenken, om de (on)mogelijkheden goed in beeld te brengen. Dat zie je nu ook gebeuren bij de grote bouwbedrijven en dat is een hele positieve ontwikkeling. Ook verwacht ik dat de WKB op dit punt positief gaat uitpakken. En bezoek ook voorbeeld projecten, best practices. Leer van elkaar!”

 

Benieuwd naar de nieuwe kijk op bouwen van andere toonaangevende architecten en bouwers?

Nieuwe kijk op bouwen